Uniek erfgoed helpt Vlaanderen ook als congresregio op de kaart zetten

Onderzoek van de Vlaamse overheid toont aan dat Vlaanderen nog te weinig bekend is als bestemming voor meetings en congressen. Minister van Toerisme Ben Weyts wil daar verandering in brengen door werk te maken van een betere naamsbekendheid, extra marketing en een professionalisering van de meetingindustrie. “Die heeft het potentieel om een belangrijke groeimotor te zijn voor de toeristische sector en de economie in Vlaanderen”, bevestigt de minister.

N-VA-volksvertegenwoordiger Cathy Coudyser, die minister Weyts in het Vlaams Parlement over zijn plannen uithoorde, sluit zich bij die stelling aan: “Onze centrale ligging binnen Europa, de aanwezigheid van EU-instellingen en een grote concentratie internationale associaties maken van Vlaanderen een aantrekkelijke congresregio. Die troeven moeten we meer uitspelen.”

Erfgoed als grootste kracht

In het kader van een nieuwe internationale marketingstrategie komt er een campagne die unieke Vlaamse locaties in het buitenland in de markt zal zetten. Het gaat daarbij om (kunsthistorische) erfgoedsites waar vergaderd kan worden: een historische kerk of abdij, een oud mijngebouw, een oude vlasfabriek. “Ons prachtige erfgoed is onze grootste kracht”, zegt minister Weyts. “Daarom zal ik via toeristische impulsprogramma’s investeren om erfgoedlocaties uit te bouwen tot volwaardige vergader- of congrescentra.”

Samenwerken voor maximale impact

Op basis van een internationaal benchmarkingonderzoek komt er ook een nieuw marketingmodel rond samenwerking, dat voor een verdere professionalisering van de sector moet zorgen. Op vlak van promotie, dataverzameling en monitoring is een belangrijke rol weggelegd voor de congresbureaus. Die zullen duidelijke afspraken uitwerken met Toerisme Vlaanderen, om een maximale impact te krijgen en geen dubbel werk te leveren.